Echtscheidingen waarbij echtgenoten uit elkaar gaan vóórdat de boedelscheiding heeft plaatsgevonden geeft met betrekking tot de eigen woning regelmatig fiscale problemen. Indien één van de echtgenoten in de echtelijke woning blijft wonen en de volledige hypotheekrente blijft betalen, dan is dit meer dan waartoe hij of zij civielrechtelijk is gehouden. Met betrekking tot deze over-betaling is de vraag: hoe hiermee om te gaan?
Als de echtelijke woning tot de huwelijksgoederengemeenschap behoort, moeten beide echtgenoten alle lasten van de woning ieder voor de helft dragen. Als de ene echtgenoot de hypotheeklasten volledig voor zijn rekening neemt – omdat hij in de echtelijke woning blijft wonen – is aftrek van de helft van de lasten die toekomt aan de andere echtgenoot [de over-betaling] slechts mogelijk als die betaling als partneralimentatie is toegekend. Het is daarom belangrijk de boedelscheiding zo snel mogelijk te regelen en de woning toe te delen aan de betalende echtgenoot.
Hof Amsterdam heeft in een recente uitspraak duidelijk gemaakt dat zolang de boedelscheiding nog niet heeft plaatsgevonden er geen ruimte is voor keuzevrijheid tussen hypotheekrenteaftrek en partneralimentatie.
Is er nog niets afgesproken over de hypotheeklasten en alimentatie, dan heeft de echtgenoot die in de woning blijft wonen slechts recht op 50% aftrek van de hypotheeklasten.
Is afgesproken dat de over-betaling van de hypotheeklasten partneralimentatie is, dan is de partneralimentatie aftrekbaar bij de echtgenoot die deze betaalt en voor de ontvangende echtgenote belast. De echtgenote die 100% van de hypotheeklasten betaalt, mag deze dan volledig als aftrekpost opvoeren.
Is de boedelscheiding niet geregeld, over-betaling doet zich voor of andere scheidingsproblemen, raadpleeg snel een adviseur!