Slechts onder strikte voorwaarden kan de werkgever een werknemer een onbelaste vergoeding geven voor de inrichting van de werkruimte thuis. Over deze voorwaarden verschilden een werkgever en de fiscus van mening. In dit bericht leest u hoe Rechtbank Den Haag op 22 februari 2013 over dit geschil oordeelde [LJN:BZ5101, 22 maart 2013].
Zelfstandigheidscriterium geldt ook voor de inrichting
Volgens de rechter liet de aanhef van het eerste lid van artikel 30 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001 zich niet anders lezen dan dat een belastingvrije vergoeding voor een werkkamer en voor de inrichting daarvan, niet mogelijk is, tenzij de werkkamer aan het zelfstandigheidscriterium voldoet. Voor het standpunt van de werkgever dat dit criterium niet zou gelden als alleen een vergoeding voor de inrichting wordt verstrekt, vond de rechter in de tekst van deze bepaling geen steun. Het moet dus gaan om een zelfstandige werkruimte, wil de vergoeding voor de inrichting onbelast blijven.
Voorwaarden voor onbelaste vergoeding, verstrekking of ter beschikking stelling
Als een werkgever geen gebruik maakt van de werkkostenregeling, kan hij de werknemer een vergoeding van € 1.815 geven voor de inrichting van de werkruimte thuis. Hij kan de inrichting ook tot dat bedrag verstrekken of ter beschikking stellen. De inrichting hoort dan niet tot het loon als is voldaan aan de volgende voorwaarden:
- Er is een gedagtekend schriftelijk contract tussen de werkgever en de betrokken werknemer. Dit contract moet worden bewaard bij de loonadministratie.
- In het contract zijn de naam en het adres van de werknemer vastgelegd.
- Het contract vermeldt de dag of dagen in de week waarop de werknemer in de werkruimte thuis werkt.
- Per 5 kalenderjaren mag maximaal € 1.815 inclusief btw (waarde in het economische verkeer) onbelast worden vergoed, verstrekt of ter beschikking worden gesteld.
- De werknemer werkt ten minste eenmaal per week tijdens de gebruikelijke werktijd voor de vervulling van zijn dienstbetrekking in de werkruimte met behulp van bijvoorbeeld een telefoon of computer, zonder dat hij naar de arbeidsplaats buiten de woning reist.
- De inrichting van de werkruimte voldoet aan de eisen van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
Arbeidsomstandighedenbesluit
Volgens het Arbeidsomstandighedenbesluit moet de inrichting van de werkruimte aan de volgende eisen voldoen:
- De werkruimte van een thuiswerker is zodanig ingericht, dat de werknemer zo veel mogelijk zittend en op een ergonomisch verantwoorde manier zijn werk kan doen.
- In de werkruimte zijn de nodige voorzieningen voor kunstverlichting aanwezig.